Nam Cat Tien natuurreservaat

17 oktober 2017 - Nam Cát Tiên, Vietnam

Vrijdag de dertiende. Tijdens het ontbijt wordt er gesproken over wat we zullen gaan doen. Ik wist het niet maar we hebben een vrije dag vandaag. Max wil hiken in de jungle. We zitten vlakbij Nam Cat Vien nationaal reservaat. We besluiten daar met zijn allen naar toe te gaan. We hebben alleen maar drie fietsen en zijn met vijf personen. Gelukkig willen Thom en zijn vrouw ons tegen een kleine vergoeding wel brengen met de scooter. Fanisha en ik gaan achterop bij hen en wachten bij de ingang van het park op de andere drie. Natuurlijk zijn ook hier de typische vietnamese restaurantjes bij de veerpont die ons later over moet zetten over de rivier om in het park te komen. We drinken wat bij een van hen en raken aan de praat met de eigenaresse. Onmiddelijk komen er andere vrouwen op ons af. Ze willen ons bananen verkopen en pomelo’s maar die hebben wij in overvloed op de fruitkwekerij waar we werken. Het fruit is hier zo ontzettend lekker. Vooral de kleine banaantjes daar ben ik dol op en die zijn er volop momenteel. Verder kweken ze op de kwekerij rampoetan, mangosteen, papayas, drakenfruit, jackfruit en pomelo’s. Wij noemen de laatste Ugli in Nederland. Deze week hebben we de laatste drakenfruitstukken opgegeten. Het seizoen daarvoor is ten einde. Maar goed. We waren dus onderweg naar Nam Cat Tien. De drie anderen zijn gearriveerd en we kopen kaartjes voor de oversteek en de entree voor het natuurreservaat. We krijgen een summier plattegrondje en trekken erop uit. Op het plattegrondje staan een paar ijkpunten die in de jungle te zien zijn. We wandelen met elkaar het woud in. We horen de apen zingen maar we zien ze niet. Jammer ik had ze zo graag eens willen zien slingeren aan de lianen. Het plattegrondje leidt ons naar een enorme woudreus. De wortel groeit als een muurtje uit de grond. Ik heb deze bomen ook in Cambodja gezien. Ze zijn gigantisch groot. Deze is nog niet eens zo oud. 150 jaar. Ik heb inmiddels wel door dat je voor dit park veel meer tijd uit moet trekken dan een dag. We horen het geluid van de rivier steeds harder stromen en slaan af om te bekijken waar dat donderende geraas vandaan komt. Bij de oversteek met veerpont zagen we een stromende rivier die vlak was maar hier stroomt het water woest en wild door de bedding. Het is een prachtig gezicht. Later vernemen we dat de rivier hier in het droge seizoen droogstaat en dat je naar de overkant kunt lopen. Nu is de rivier daar echt veel te woest voor. We bekijken het allemaal ons verwonderend over zoveel natuurgeweld. Het heeft dan ook wel  erg veel geregend de afgelopen dagen. Maar ja wat wil je het is regenseizoen...

Als we verder lopen ontdekt Max dat hij bloedzuigers op zijn benen heeft. We inspecteren elkaar, ik heb er gelukkig geen. We lopen verder en houden pauze om alles wat we meegenomen hebben te delen. Drakenfruit, pomelo, rijstkoekjes, kleefrijst in een piramide van bananenblad met pindas en kokos erin. Ik heb nog een zakje noten bij me. Heerlijk en ontzettend gezellig zo samen. Max, Charlotte, Fanisha en Elina zijn ontzettend goed gezelschap. Max is een echte explorer, ons groepje altijd vooruit. Hij vertelde dat hij zich altijd heel snel verveelde op school. Hij heeft dingen snel door en wil dan verder. Hij lacht overal om. De kinderen zijn gek op hem. Charlotte is helemaal in to Meditatie en je eigen ego wegstrepen in plaats van he te ergeren de dingen proberen te nemen zoals ze zijn. Ze had een aangeboren afwijking aan haar rechterbeen. Dat was korter dan haar linkerbeen. Ze hebben geprobeerd het op te rekken maar dat pakte niet goed uit. Ze kreeg de keuze. Onder de knie amputeren of eeuwige pijn. Ze heeft voor amputeren gekozen en loopt nu met een kunstbeen. Ze weet heel erg goed wat ze doet. Fanisha is stilletjes aanwezig en ontzettend behulpzaam voor iedereen. Steeds, als je het niet verwacht, duikt ze naast je op om je te helpen. Ze heeft alles in de gaten. Elina vindt alles prachtig en is overal voor te enthousiasmeren ze geniet ontzettend van de kinderen en heeft werkelijk engelengeduld. De kinderen zijn dol op haar. 

Een beter stel dan ons kun je niet treffen. Er is geen moment van onmin geweest. Een uitermate tolerante groep mensen bij elkaar. En met dezelfde humor. Ook een niet onbelangrijke factor. We hebben leuke gesprekken over de verschillen tussen de diverse plaatsen van herkomst. Waar woorden vandaan komen en over eten. Max is dol op koken en geniet van alle nieuwe smaken van de onbekende groenten en fruitsoorten waar hij mee kennis maakt. Ik vind dat overigens ook geweldig leuk. 

Sinds Theu, onze Vietnamese kokkin en vraagbaak van onze groep hoge koorts kreeg en ik haar een beetje probeerde te verzorgen ben ik haar mammie. Ze ziet haar eigen ouders niet omdat die haar niet begrijpen. Ze jokt tegen hen over wat ze doet. Dat vinden wij allemaal erg jammer. We vinden dat ze haar ouders niet moet voorliegen. We praten daar met haar en met elkaar nog lang over door. Maar misschien zijn we wel te westers om het te kunnen begrijpen. 

Ik word hier Maria genoemd. Dat staat in mijn paspoort en dat is makkelijker uit te spreken voor de Vietnamezen. 

Na onze lunchpauze gaan we van het betonnen pad af meer een platgetrapt pad op. Dit blijft in de buurt van de rivier. Ik voel iets vreemds aan mijn been en het blijkt een bloedzuiger te zijn. De anderen en ik krijgen ze nu steeds vaker. Ik heb wel gehoord dat deze in het oerwoud voorkomen maar had er niet meer bij stil gestaan. Hoe vochtiger de grond hoe beter die beesten je weten te vinden. Ik heb slechts een klein stukje blote enkel maar dat is voldoende. Als we ergens onderdoor gekropen zijn zie ik dat mijn broek rood ziet van het bloed bij mijn knie. Zo hoog had ik die beestjes niet verwacht. Blijkbaar is hij er al af gevallen want een been en broekinspectie levert geen bloedzuiger op. Ik ben er nu wel een stuk alerter op en heb niet zoveel zin meer om over dit wilde pad te lopen. Gelukkig blijkt het uiteindelijk onbegaanbaar en gaan wij avonturiets terug naar het betonnen pad. Door de vele regenval is het pad soms ondergelopen en moeten we waden om verder te komen. Ik ben iets achter gebleven met Charlotte en zie ineens een slang langs glijden. Vermoedelijk een sniper. Hij lijkt precies op een afgestorven bamboetak. Net zo dun en precies dezelfde kleur. Ik blijf maar heel stil staan en volg met mijn ogen waar hij heen glijdt. Ik wijs Charlotte erop en loop voorzichtig naar haar toe. Zij geniet ook ontzettend van deze plotselinge verschijning. Het was een mooi verstilt moment. Aangezien ik

Niet durfde te bewegen ben ik

niet op het idee gekomen om er een foto van te maken. Het enige diertje dat ik vastgelegd heb is een boomkikker die op een bruin blad zat te slapen. 

We komen langs een lodge. Koffie staat er op een bordje buiten. Daar hebben we wel zin in. We stappen naar binnen en worden begroet door een boom van een Indier. Hij weet alles van de jungle en vertelt ons heel veel over de fauna in de wildernis. Hij organiseert nacht-expedities in de jungle. ‘s Nachts is er het meeste te beleven. Hij vertelt ook dat we naar het krokodillenmeer moeten gaan. Volgende week gaan de andere vrijwilligers dat doen. Ik ben dan helaas al weg maar je moet altijd iets te wensen overhouden. Vietnam is een gigantisch land. Het heeft 63 provincies. De lodge ligt prachtig middenin het park. Helaas een beetje boven mijn budget met 120 dollar per nacht. Ik had best wat dieper de jungle ingewild met een goede gids. Ik vermoed dat wij ontzettend veel gemist hebben uit onwetendheid. Misschien maar goed ook. Het was in ieder geval weer een bijzondere ervaring. 

Maak je reisblog advertentievrij
Ontdek de voordelen van Reislogger Plus.
reislogger.nl/upgrade

Foto’s